Mike van der Hoorn staat voor zijn tweede seizoen in dienst van Ajax. De 21-jarige centrale verdediger werd een jaar geleden voor enkele miljoenen euro’s weggekocht bij FC Utrecht en moest Toby Alderweireld opvolgen in Amsterdam. Door de doorbraak van Joël Veltman bleef zijn ontwikkeling echter steken en bovendien maakte Van der Hoorn een paar slechte beurten in de wedstrijden die hij wél speelde, zoals tegen AC Milan en Red Bull Salzburg.
Uiteindelijk kwam de mandekker niet verder dan drie Eredivisieduels, vier optredens in de Champions League, een in de Europa League en een bekerwedstrijd. Tussen januari en april speelde hij zelfs vooral mee bij Jong Ajax. Aan de vooravond van zijn tweede jaar bij de regerend kampioen hoopt Van der Hoorn op betere tijden. Hij neemt daarbij een voorbeeld aan Stefan de Vrij, zegt hij in het Brabants Dagblad.
Ook de feyenoord-verdediger kende lastige tijden bij zijn club. Ronald Koeman nam hem de aanvoerdersband af nadat bleek dat De Vrij buiten weten van de trainer om extra trainingen kreeg. De speler vocht zich echter terug en speelde vervolgens een heel sterk WK. “Hij is er heel goed uitgekomen”, zegt Van der Hoorn, die zelf inmiddels ook een jaar ouder, verder en wijzer is dan bij zijn komst naar Ajax.
“Alles gaat makkelijker, ik hoef niets meer te vragen, waardoor ik me kan focussen op wat ik moet doen en waar ik moet lopen. Een groot deel gaat automatisch, omdat er zoveel is ingestampt vorig seizoen. Ik heb een ander gevoel dan vorig jaar. Toen maakte ik eigenlijk lang kennis met iedereen. Nu krijg ik de kans me te laten zien. Bij Ajax kan dat, we doen overal aan mee. Dat vergt veel van een team, waardoor je sneller minuten krijgt”, weet Van der Hoorn.
Tekst: Voetbalzone