Jong Ajax heeft de uitwedstrijd tegen FC Den Bosch met 4-1 verloren. Vincent Vermeij zette Ajax in de 33ste minuut nog wel op voorsprong, maar mede door een hattrick van Erik Quekel en een directe rode kaart van Eyong Enoh bleven de punten in Brabant.
Na zeven nederlagen op rij boekte Jong Ajax afgelopen zondag eindelijk weer eens een zege: Sparta werd op de Toekomst heel knap met 2-1 verslagen. Precies vijf dagen later lijkt de ploeg van Alfons Groenendijk echter weer terug bij af: opnieuw een verspeelde voorsprong, opnieuw verlies én opnieuw een rode kaart. Dit keer was het Eyong Enoh die in de 66ste minuut van het veld werd gestuurd na een harde tackle. Twee minuten daarvoor was FC Den Bosch op 2-1 gekomen. Het wegsturen van de Kameroener, die zich deze week nog plaatste voor het WK, betekende eigenlijk meteen het einde van de wedstrijd voor Jong Ajax.
Buiten de rode kaart van Enoh om, had Jong Ajax te maken met een tegenstander in vorm. Spits Erik Quekel scoorde drie keer op rij en alleen de rustpauze weerhield hem van een zuivere hattrick. Nadat Vincent Vermeij in de 33ste minuut Ajax op voorsprong had gezet (schot van binnen de 16), sloeg Quekel in de 42ste minuut voor het eerst toe. Met een lobje kreeg hij de bal over doelman Mickey van der Hart: 1-1. In de 64ste (scrimmage) en 70ste minuut (rebound) was het opnieuw raak voor de centrale aanvaller. Invaller Ralf Seuntjens bepaalde vlak voor tijd de eindstand op 4-1.
Opstelling Jong Ajax: Van der Hart; Anderson, Van den Boomen, Tete, Martina; Enoh, Duarte (83. El Hasnaoui), Lobotka (85. Lazic); Meleg (83. Hendriks), Vermeij, De Bondt.
Tekst: Ajax.nl
