Kolbeinn Sigthórsson beleefde tegen AZ, net als tegen Roda JC Kerkrade vorige week, een frustrerende wedstrijd. De spits van Ajax krijgt tot zijn ergernis nauwelijks kansen. Dit moest zijn seizoen worden. Een jaar lang fit, een jaar lang in de spits bij Ajax. En dan misschien een gooi doen naar de topscorerstitel. Tot nu valt hij tegen, Sigthórsson. De schrijnende cijfers van een Ajax-spits: één doelpoging tegen Roda JC, naast, en één doelpoging tegen AZ, weer naast.
Zwoegend bewoog de spits zich zondag weer over het veld bij zijn oude club. Zijn optreden was wat beter dan vorige week, maar sprankelde nog allerminst. De aannames waren niet overtuigend en de voorzetting evenmin. Nog erger: hij komt niet in scoringspositie. Misschien één keer dan, toen hij uit het niets een halve kopkans kreeg. Zijn inzet ging naast. Verder had hij wellicht een keer kunnen scoren bij de eerste paal, maar was hij weer net te laat.
“Kan mezelf niet schuld geven”
Waar de IJslander vorige week tegen Roda nog klaagde over de hitte, was daarvan dit keer geen sprake. Wat is dan wel het probleem? Het helpt niet mee dat hij met Viktor Fischer en Bojan twee individualistische buitenspelers heeft die vooral voor hun eigen kans gaan. “Ik voelde me beter dan vorige week, maar het voelt nooit goed als je verliest”, aldus Sigthórsson tegen Goal. “Daarom ben ik niet blij. Ik krijg niet vaak de bal, terwijl ik die wel een paar keer kon krijgen. Daar baal ik ook van. Ons samenspel moet nog verbeteren. Het willen spelen voor elkaar. Dat mis ik wel een beetje.”
“We waren niet slim in de afronding”, vervolgt de 23-jarige IJslander. “Ik krijg weinig ballen, dus kan ik mezelf niet de schuld geven. Ik probeer in positie te komen en te knokken voor de goal, maar vandaag lukte het niet. Het is allemaal nog puzzelen op dit moment. Ik blijf knokken voor de eerste goal, maar ik raak niet in paniek. Wij raken als Ajax ook niet in paniek. Er zijn nog 32 wedstrijden te gaan. In de Klassieker tegen feyenoord kunnen we ons herpakken.”
Tekst: Goal.com