Ajax herbergt dit seizoen een flink aantal voetballers van Deense komaf. Achterin is Nicolas Boilesen indien fit present, op het middenveld zijn Christian Poulsen, Lasse Schöne, Christian Eriksen en Lucas Andersen beschikbaar en voorin loopt Viktor Fischer rond. NRC Handelsblad groef in het verleden van Andersen, Fischer en Eriksen en ging daarvoor naar hun vaderland.
Het dagblad sprak met de grootvader van Fischer, voormalig international Poul Pedersen. Hij bekommert zich nog steeds om zijn kleinzoon en praat nog veel met hem. Hem voortdurend coachen en bijsturen doet de oud-voetballer echter niet. “Straks denkt hij nog dat ik een oude gek ben, en dat ik degene ben die zijn mond moet houden”, zegt Poulsen. Voormalig jeugdtrainer Lars Friis zegt dat Fischer in de jeugd steeds de opdracht meekreeg vijftig keer te scoren in een week tijd.
Dat sorteerde effect, legt hij uit. “Ja, dat is veel, maar we trainen ook vaak. En het past bij Viktor, die gretigheid. Als hij twee doelpunten heeft gemaakt, vraagt hij zich af waarom hij die ene kans op die derde miste.” Bij Aalborg BK deed men zaken met Ajax aangaande Andersen, die vorig jaar zomer werd verkocht en tegen FC Groningen debuteerde in de Eredivisie. “Hij had zichzelf op zijn vijftiende al doelen gesteld”, vertelt Lynge Jakobsen, sportief directeur in Aalborg. “Eén club op zijn lijstje was Ajax. Ik heb dat toegejuicht. Wij kunnen een speler nooit voor hetzelfde geld verkopen als Ajax dat kan nadat een speler daar twee, drie jaar heeft gevoetbald.”
Tekst: Voetbalzone