Emanuelson: ‘Soms zag ik het niet meer zitten’

Na enkele seizoenen van middelmaat hoopt Urby Emanuelson dat het aankomende jaar er weer één gaat worden van hosanna. In een vraaggesprek op de officiële website van Ajax blikt de 22-jarige verdediger/middenvelder met een opmerkelijk open blik terug op de afgelopen magere jaren, en kijkt hij vooruit naar de voor hem hopelijk vette jaren die aanstaande zijn.

De jeugdinternational, die onder het bewind van bondscoach Marco van Basten ook enkele malen mocht ruiken aan het ‘grote werk’, steekt meteen de hand in eigen boezem. “Ik presteerde veel minder. Daar moet ik eerlijk over zijn”, zegt hij over het afgelopen seizoen. “Ik heb eigenlijk nog steeds geen idee waardoor. Naarmate het rommeliger werd bij Ajax, werd het rommeliger bij mij.”

De speler gaf diverse malen te kennen dat het publiek snel weer de ‘oude’ Emanuelson te zien zou krijgen, maar kon die belofte nooit inlossen. “Maar om wat voor reden dan ook, kwam ik maar niet uit die dip. Ik zag mezelf worstelen. Hoe is het toch mogelijk, vroeg ik mezelf af. Alles mislukte. En hoe meer je probeerde je best te doen om er weer bovenop te komen, hoe slechter het ging.”

Nieuwe kansen
Met het ‘nieuwe’ Ajax onder Van Basten denkt Emanuelson dat er weer aanleiding is voor positivisme. “We zijn tot veel in staat. Maar als het niet loopt, kan je van iedereen verliezen. Dat bleek ook in de eerste wedstrijd tegen Willem II. Bij Ajax zitten genoeg goede spelers om goed te kunnen spelen. Maar alleen als iedereen zijn stinkende best doet. Anders wordt het niks.”

Dit in tegenstelling tot het elftal van vorig seizoen, waar het regelmatig op onverklaarbare wijze niet liep. “Iedereen speelde voor zichzelf. En dat kan niet, als je nog een keer wat wilt winnen”, zegt hij achteraf. Dat de Amsterdammers te allen tijde veel gebruik maken van jonge spelers uit eigen kweek, is volgens de tienvoudig A-international ook een factor van belang.

Jeugdige wisselvalligheid
Zo kent bijna iedere jonge speler wel een dip. “Van der Vaart, Sneijder, De Jong, Babel, Heitinga, noem maar op. Op zich is het ook niet vreemd om een terugval mee te maken. Je weet dat je er doorheen moet. Je moet er vertrouwen in hebben dat je nog steeds een goede voetballer bent. Ik moet nu een stabiel seizoen draaien. Niet de ene keer een acht en de volgende keer een vier.”

“Als je als jonge speler in het eerste van Ajax komt, en je doet het aardig, gaan mensen er gelijk van alles van maken. Ze komen met vergelijkingen. Je bent de nieuwe die-en-die; en dan komen ze met een grootheid uit de Ajax-geschiedenis. Ik was de nieuwe Maxwell, Johnny (Heitinga, red.) was de nieuwe Chivu, Ryan (Babel, red.) de nieuwe Kluivert, Hedwiges de nieuwe Rijkaard. Maar wij waren of zijn dat natuurlijk geen van allen. Wij moeten nog alles laten zien.”

Doorwerken
Zijn matige prestaties op het veld hadden uiteindelijk ook z’n weerslag op het privé-leven. “Je raakt een deel van je zelfvertrouwen kwijt. Dan moet je sterk zijn, en je er weer bovenuit knokken. Je valt in zo’n periode terug op de vaste waarden in je leven. Bij mij was dat vooral mijn moeder. Soms zag ik het echt niet meer zitten”, geeft hij toe.

Bron: Voetbalzone.nl

Related posts