De tweede wedstrijd van Oranje onder leiding van Bert van Marwijk eindigde in een nederlaag. De rode kaart voor Maarten Stekelenburg was de kentering van het oefenduel met Australië. Na een 1-0 voorsprong verloor Oranje uiteindelijk met 1-2.
Al in de zesde minuut had Klaas-Jan Huntelaar knap positie gekozen om een voorzet van Ryan Babel de bal achter de Australische keeper Mark Schwarzer te schieten. Huntelaar zelf over die treffer: ‘Ik wilde hem er zo hard mogelijk inschieten.’ Volgens de aanvaller had het wellicht ook te maken met het mislopen van een transfer naar een Europese topclub en het verlies van Ajax in het eerste competitieduel. ‘Er heeft daarom wat frustratie in het schot kunnen zitten.’
Op slag van rust bracht de nonchalante houding van Nederland volkomen onnodig een wending in de oefeninterland. Stekelenburg werd door John Heitinga in de problemen gebracht bij een achterbal. De verdediger van Atlético Madrid had de bal in de voeten van Kennedy geschoven. Stekelenburg kon alleen ten koste van een strafschop en een rode kaart de fout goedmaken. Henk Timmer verving op dat moment Huntelaar om de met een rode kaart uit het veld gestuurde Stekelenburg te vervangen. Harry Kewell benutte de penalty en legde daarmee de basis voor de eerste nederlaag van Van Marwijk als Oranje-bondscoach.
Een kwartier voor tijd maakte Joshua Kennedy goed gebruik van de ruimte die hij kreeg. Op zijn kopbal was Henk Timmer kansloos; 1-2.