De Castrol performance-index van de UEFA is een ingenieus systeem waarmee bondscoaches allerlei statistieken krijgen over de spelers. Zo blijkt uit een van de vele parameters van die performance-index dat John Heitinga in de oefeninterland tegen Oostenrijk eind maart een topsnelheid van 32,4 kilometer per uur haalde. Niemand zette die avond in het Ernst Happel stadion in Wenen een hogere ‘top speed’ neer. Door de positiemetingen is het mogelijk te becijferen welke afstand de internationals afleggen. Oranjes marathonman tegen de Oostenrijkers was Klaas-Jan Huntelaar, die in anderhalf uur 11.823 meter aflegde.
Oostenrijk – Nederland was een van de interlands waar de performance-index proef draaide. Op EURO 2008 is het systeem verfijnd. Zestien camera’s registeren alle loopacties van de spelers. Een computerprogramma verwerkt de maalstroom aan gegevens en vertaalt ze in grafische modellen en talloze stats. Uit de tekeningen komt verrassend naar voren dat André Ooijer zich tegen Oostenrijk vaker bemoeide met de opbouw dan collega-verdediger Heitinga.