Een aantal Ajax-prominenten, onder wie ex-directeur Arie van Eijden, mister Ajax Sjaak Swart, oud-speler Keje Molenaar en voormalig perschef David Endt, komen in opstand tegen het plan om de Raad van Commissarissen van Ajax financieel te belonen, zo meldt De Telegraaf dinsdagochtend. Volgens de ochtendkrant hebben de prominenten ‘een bom laten barsten’. Ook willen zij dat er meer leden met het Ajax-dna in de bestuursraad komen.
In een brief aan de bestuursraad, die in het bezit is van De Telegraaf, dienen de prominenten twee voorstellen in om tijdens de Algemene Ledenvergadering over te stemmen. “Het eerste deel van ons voorstel komt er daarom op neer dat de bestuursraad ervoor zorgt dat de opengevallen posities (die van Ruud Haarms en Mike Harman, red.) zullen worden ingenomen door minimaal twee personen met een duidelijke voetbalachtergrond opgedaan bij Ajax, die bovendien als specifieke taak hebben en bereid zijn om het gedachtegoed inclusief de Ajax voetbalnormen en principes zoals gedefinieerd door Johan Cruijff en Piet Keizer te omarmen en te bewaken.”
De bestuursraad kwam onlangs met het plan om de Raad van Commissarissen te belonen voor geleverde werkzaamheden. Voorzitter Pier Eringa en voetbalcommissaris Jan van Halst zouden dan 50.000 euro bruto gaan verdienen. De commissarissen Annette Mosman, Cees van Oevelen en Georgette Schlick zouden allen 35.000 euro ontvangen. Deze beloningen zijn ‘een doorn in het oog’ van de prominenten.
“Wij begrijpen echter dat een vergoeding in deze tijd op zijn plaats zou kunnen zijn. Ons inziens dient er sprake te zijn van een substantieel lagere vaste vergoeding voor de rvc (in lijn met het gemiddelde volgens de Nederlandse Vereniging van Commissarissen en Directeuren voor ondernemingen met dezelfde omvang als Ajax, zijnde 15 duizend euro). Die vaste vergoeding kan dan eventueel worden aangevuld met extra vergoedingen bij goede prestaties.” De Telegraaf schrijft dat de kans nu reëel is dat de commissarissen het met een lagere vergoeding of zelfs zónder beloning moeten doen.