Ajax is het tweeluik met Union Berlin in de tussenronde van de Europa League donderdag begonnen met een 0-0-gelijkspel. De ploeg van Heitinga maakte geen sterke indruk in de Johan Cruijff Arena en moet volgende week in Berlijn vol aan de bak om door te gaan. Vaak heerst er na puntenverlies van Ajax chagrijn in de Johan Cruijff Arena. Maar met het doelpuntloze gelijkspel tegen Union Berlin kwam het elftal van John Heitinga goed weg. De Turkse VAR Abdulkadir Bitigen annuleerde de 0-1 van Morten Thorsby wegens hands. En dus heeft Ajax volgende week nog uitzicht op de achtste finales
Aan de eerste helft hoeven niet al te veel woorden vuil gemaakt te worden. Ajax kwam tot geen enkele doelpoging en ook tegenstander Union Berlin kwam niet verder dan een aantal plaagstootjes. Er was ietwat Duitse dreiging, maar echt gevaarlijk werd de ploeg niet. Na een half uur wakkerde het vuurtje even op. Dat was vooral aan de uitploeg te danken, want binnen een minuut of drie werd er twee keer van afstand bijna raak geschoten. Vooral bij de tweede poging van Jérôme Roussillon maakte Ajax kennis met de kracht van Union Berlin. Het ondermaatse eerste bedrijf was voor Heitinga reden om in te grijpen en linksback Owen Wijndal te vervangen door Brian Brobbey, waardoor Kenneth Taylor de veredelde linkervleugelverdediger werd. In de 66ste minuut leek Ajax op een 0-1 achterstand te komen. Morten Thorsby controleerde in de zestien en werkte af. Het was niet goed te zien, maar volgens de VAR maakte de Noor hands en de goal werd afgekeurd. In de extra tijd kreeg Kudus nog een mogelijkheid, maar hij stuitte op Rønnow en bleek daarvoor buitenspel te hebben gestaan. Uiteindelijk bleef het bij 0-0 in de Johan Cruijff Arena, waardoor de kaarten volgende week in Berlijn hetzelfde geschud zijn.
Ajax – Union Berlin 0-0
Scheidsrechter: Meler (Tur)
Toeschouwers: 54,322
Gele kaarten: Khedira, Doekhi (Union Berlin)
Opstelling Ajax: Geronimo Rulli, Devyne Rensch, Jurrien Timber, Calvin Bassey, Owen Wijndal (Brian Brobbey 46′), Edson Álvarez, Kenneth Taylor, Steven Berghuis, Mohammed Kudus, Dusan Tadić, Steven Bergwijn (Davy Klaassen 75′).
Opstelling Union Berlin: Rønnow; Doekhi, Knoche, Leite; Roussillon (Giesselmann 90′), Laïdouni, Khedira, Thorsby, Juranovic; Becker (Michel 82′), Behrens (Siebatcheu 70′).
