Ajax is er niet in geslaagd het gat van vijf punten met Feyenoord te verkleinen. In de Klassieker bleven de aartsrivalen steken op 1-1. Ajax heeft nu sinds 22 oktober, bijna drie maanden geleden al, niet meer gewonnen in de Nederlandse competitie. Bij RKC uit haalde de ploeg van coach Alfred Schreuder voor het laatst drie punten op.
In Rotterdam waren er vooraf grote zorgen bij alle autoriteiten en Feyenoord zelf. De clubleiding hoopte op het gezond verstand van de eigen aanhang, die bij verkeerde leuzen of excessieve misdragingen vanaf de tribunes het stilleggen van de wedstrijd of andere (latere) straffen zou kunnen veroorzaken. Voor de enkele echte malloten die er toch waren had de club besloten het complete stadion te voorzien van netten. Daarmee leek het meer een kooigevecht dan een voetbalwedstrijd.
Veel kansen creëerde beide ploegen niet. Feyenoord opende de score. De Braziliaan Igor Paixao profiteerde van een verkeerde pass van Steven Berghuis. De man over wie vooraf zoveel te doen was omdat hij voor het eerst na zijn vertrek bij Feyenoord in een volle Kuip terecht kwam, wilde namens Ajax uitverdedigen maar zag zijn slechte pass onderschept door Quilindschy Hartman. Hartman bediende Paixao en die knalde van grote afstand de bal in de verre hoek, onbereikbaar voor Geronimo Rulli: 1-0.
Was het verdiend op dat moment? De openingsfase was voor Feyenoord, maar in de eerste helft liet Ajax zich niet wegspelen en het balbezit was daar een bewijs van. Dat percentage was precies in evenwicht (50-50). Bovendien creëerde de thuisclub niet overdreven veel kansen. Jurriën Timber schoot uit een hoekschop van Feyenoord bijna in eigen doel. Keeper Rulli kon ternauwernood redding brengen. Aan de andere kant haalde Feyenoord-doelman Justin Bijlow opgelucht adem toen Mohammed Kudus uit een voorzet van Calvin Bassey vogelvrij voorlangs kopte.
In het eerste uur alleen al verdwenen er zes man in het boekje van scheidsrechter Serdar Gözübüyük: Kenneth Taylor, Jurriën Timber en Edson Alvarez aan Ajax-zijde, Alireza Jahanbakhsh, Marcus Pedersen en Orkun Kökcü aan Feyenoord-kant.
Zowel Feyenoord als Ajax werd door het fanatieke druk zetten door de aanvallers gedwongen meer dan wenselijk was de lange bal te spelen. In de tweede helft dacht Feyenoord de zaken meer onder controle te krijgen, maar een counter via Kudus, die alleen voor Bijlow terecht kwam, had al een waarschuwing moeten zijn voor de Rotterdammers. Met Steven Bergwijn kwam er in de rust al meer snelheid in de Ajax-aanval. Uit de eerstvolgende aanval was het wel raak, al kreeg Davy Klaassen de onbedoelde hulp van Mats Wieffer, die de bal in eigen doel tikte: 1-1.
Beide ploegen hadden daarna nog één echte kans: Brobbey werd getorpedeerd op de rand van de zestien meter maar Gözübüyük was kennelijk teveel onder de indruk van De Kuip en ook in Zeist zat men kennelijk te slapen. Even later was er nog een kans voor Feyenoord maar Rulli bracht simpel redding.
Daardoor bleef het 1-1. Een uitslag waar eigenlijk beide teams niks aan hadden en dus voelde zich ook niemand zich een winnaar.
Feyenoord – Ajax 1-1 (1-0)
34. Igor Paixão 1-0
71. Davy Klaassen 1-1
Opstelling Feyenoord:
Bijlow; Pedersen, Geertruida, Hancko, Hartman; Wieffer, Szymanski (82′ Timber), Kökçü; Jahanbakhsh (81′ Idrissi), Danilo (74′ Gimenez), Paixão (74′ Dilrosun).
Opstelling Ajax:
Rulli; Sánchez, Álvarez, Timber (90+2′ Wijndal), Bassey; Taylor, Berghuis (72′ Brobbey), Klaassen; Conceição (46′ Bergwijn), Kudus, Tadić.