Uit een onderzoek van Voetbal International is naar voren gekomen dat buitenlandse spelers in het huidige Eredivisie-seizoen meer speelminuten krijgen dan Nederlanders. Marc Overmars vindt dat spelers in eigen land meer kansen moeten krijgen. De directeur voetbalzaken van Ajax is voorstander van een opgelegd quotum waardoor Nederlandse clubs verplicht worden een bepaald aantal Nederlanders in de selectie op te nemen. Overmars ziet echter ook in dat de vijver om uit te vissen steeds kleiner wordt.
“In Engeland wasl heel veel jaren aan de gang dat clubs nagenoeg geen Engelse spelers meer hadden”, aldus Overmars tegenover VI. “Dat is wel aan het veranderen, maar dat gaat langzaam. Het gevolg was dat de Engelse nationale ploeg ook al die tijd veel moeite heeft om succesvol te zijn. Talenten kregen nagenoeg geen kansen, waardoor ze zich niet of pas heel laat kunnen ontwikkelen. Zoiets moet niet overwaaien naar ons. Eigenlijk zou er een regel voor moeten zijn waarin een quotum wordt vastgelegd”, aldus Overmars. “Dan dwing je de Nederlandse markt een kans te geven. Dat zou goed zijn voor het Nederlandse voetbal. Spelers moeten in hun eigen land kansen krijgen.” Volgens Overmars geldt dat niet alleen voor spelers, maar ook voor trainers uit eigen land. “Bijvoorbeeld eerst in de Keuken Kampioen Divisie, dan komen de goede trainers bovendrijven en dan kunnen ze verder stappen maken. Kijk naar de loopbanen van Arne Slot en Erik ten Hag. In mijn optiek moet de KKD echt onze kweekvijver blijven van zowel spelers als trainers.”
Overmars geeft aan ook bij zijn eigen club met het samenstellen van de selectie rekening te houden met het aantal Nederlandse spelers die er rondlopen. Hij hoopt dan ook dat zowel Nederlandse trainers en spelers in de toekomst meer kansen krijgen in eigen land, maar ziet wel een kanttekening. “De markt is klein. Wij zijn met Ajax ambitieus en willen op een heel hoog niveau presteren, voor ons zijn dan eigenlijk alleen de Nederlandse internationals interessant. Maar ook voor andere clubs is de vijver klein, daarom verbreedt de blik van clubs zich naar andere landen.”