Johan Cruijff won in zijn voetballeven van alles. Van Europa Cups en wereldbekers tot KNVB-bekers tot landstitels. Maar de voormalige nummer 14 noemde het stripalbum dat over zijn jeugdjaren is gemaakt, ‘één van de mooiste onderscheidingen die hij kon bedenken’.
‘Omdat het over een droom gaat, de droom van een kind. Het belangrijkste wat er is’, zei de beste voetballer die Nederland ooit heeft gehad. Cruijff kreeg het eerste exemplaar van ‘Johan Cruijff: van straatschoffie tot voetballegende’ uitgereikt in het Manor Hotel in Amsterdam, dat gevestigd is in het voormalige Burgerziekenhuis waar hij werd geboren.
‘Mooi om hier terug te keren, zeker nu het een hotel is. Zou anders zijn als het nog een ziekenhuis was geweest. Dan kom je liever niet terug’, grapte Cruijff, die helemaal achter het idee stond om samen met zijn Foundation een stripboek te laten maken van zijn beginjaren.
Het verhaal, opgetekend door Rudi Jonker, gaat over ‘Jopie’, zoals Cruijff werd genoemd, die ervan droomt om in het eerste van Ajax te spelen. Op weg naar die droom ondervindt de voetballer allerlei hobbels op zijn pad.
‘Ik kom er niet af als een engeltje. Kreeg regelmatig strafwerk, maar werd gecorrigeerd door enkele mensen, zoals de meester en de trainer’, bekende Cruijff, die ook als klein jochie al opviel door zijn eigenwijsheid. ‘Dat ben ik nog wel eens, geloof ik. Niet erg. Je staat achter je eigen mening tot het tegendeel bewezen is.’
Naar Cruijff werd een planeet vernoemd, de Super Cup draagt zijn naam, er is een prijs van het talent van het jaar en er verschenen films. Vanaf maandag brengt de VPRO een televisiereeks over zijn leven. Daar was Cruijff het niet mee eens. De clublegende vreest dat de reeks het niet zo nauw neemt met de feiten. ‘En als ik dat niet wil, hoor je dat te respecteren’, benadrukte hij gisteren nog maar eens.
Cruijff staat wel achter het stripalbum waarvan er 100.000 exemplaren zijn gedrukt. De Amsterdamse oud-voetballer beantwoordde gisteren eerst tal van vragen van kinderen die zich verzameld hadden in het hotel. Hij vertelde over zijn idolen (‘Faas Wilkes en Di Stefano, kennen jullie die?’), de strip die híj vroeger las (‘Kick Wilstra, mijn held’).
Bron: AD/AT5