Stefano Denswil staat voor zijn tweede seizoen hij de hoofdmacht van Ajax. De twintigjarige centrale verdediger mocht vorig seizoen debuteren in de bekerwedstrijd tegen ONS Sneek en pakte daarna ook minuten in vier Eredivisieduels. Nu is het zaak meer minuten te maken en zich verder in the picture te spelen bij trainer Frank de Boer. Onder leiding van Jaap Stam heeft Denswil er vertrouwen in.
Twee jaar nadat Denswil voor het eerst meetrainde met de A-selectie moet zijn doorbraak nog volgen. “Ik heb dit seizoen rugnummer 24. Vorig jaar was dat 34. Een rugnummer maakt me niet veel uit, maar 24 is wel een mooi getal. Al hoop ik dat die 2 er ooit af gaat en het nummer 4 wordt”, zegt Denswil op de clubwebsite van Ajax. Hij stelt ook te hopen dat het Ajax lukt te overwinteren in de Champions League.
Denswil wil het De Boer zo moeilijk mogelijk maken bij diens keuzes achterin. De waardevolle lessen van Stam helpen hem daarbij. “Waar hij vroeger ook speelde; overal waren tegenstanders bang voor hem. Het kan zijn dat een aanvaller slimmer of sneller is dan jij bent. Maar als hij langs jou probeert te komen, moet je soms net een overtreding maken. De volgende keer denkt hij: dat probeer ik niet nog een keer. Je moet slim zijn. Ik heb dat intimiderende wel in me, maar soms denk ik iets te makkelijk over situaties. Als dat er uit gaat hoop ik net zo’n instelling te krijgen als meneer Stam”, aldus Denswil.
Tekst: Voetbalzone
