We zijn deze week nog een beetje aan het bijkomen van de aangename verrassing die luistert naar de naam Martin Jol. Die stond niet op mijn lijstje, eerlijk is eerlijk. Hij zou toch nooit na één jaar HSV alweer ergens anders heengaan? Die leek me net zo onmogelijk bij Ajax neer te strijken als bijvoorbeeld een Hiddink. Ik vind Jol een fascinerende man. Keek altijd eerst naar de uitslagen van The Spurs en HSV, toen hij er trainer was. Hij praat met een microfoon onder zijn neus altijd nét iets zachter dan anderen, zodat je wel móet luisteren. Prachtig. Die bulderstem bewaart hij voor de kleedkamer. Dat hoop ik tenminste, want dat wordt wel weer eens tijd. De wonden van Sparta-uit zijn nog erg vers.
Ik weet niet hoe het komt, maar sinds vorige week schijnt de zon een beetje feller dan voorheen. Het leven lacht ons Ajacieden toe, echt niet
te geloven. Maandagmiddag nog moest ik me inhouden, om bij het tankstation een boom van een vent in Ajaxshirt niet spontaan te omarmen. Met
mijn wang op zijn borst zuchtend omhoog te kijken en te fluisteren ‘Ook zo blij met Martin?’ Maar ik ben net een beetje gewend aan die nieuwe kroon op mijn kies, dus om er nu alweer twee voortanden uit te laten meppen vind ik wat vroeg. Dat kan altijd nog.
Als ik bijvoorbeeld mijn lach niet meer kan houden wanneer het over bijstandsclub Feyenoord gaat. Koffie en thee zijn in Rotterdam-Zuid inmiddels op de bon, heb ik me laten vertellen. Melk en suiker zelf meebrengen a.u.b. De nieuwe seizoenskaart wordt alleen nog per e-mail verzonden, zodat de arme supporter hem zelf uit kan printen. Bespaart de noodlijdende club weer een kapitaal aan postzegels. Om de paar dagen roept iemand opgewonden dat er een nieuwe geldschieter aankomt. Dat doet me dan telkens denken aan…
Lees verder op: RonSchiltmans.nl