Voor Boudewijn Zenden (32) staat er morgenavond tegen Ajax meer op het spel dan het bereiken van de kwartfinale van de UEFA Cup. De Limburger – zondag nog trefzeker bij Paris St. Germain (1-3) – streek met zijn ploeggenoten van Olympique Marseille gisteren al neer in Hotel Huis ter Duin in Noordwijk en heeft in de Amsterdam ArenA nog een appeltje te schillen met Marco van Basten.
“Onder zijn bondscoachschap ben ik – tegen Liechtenstein – één keer opgeroepen. En daarna is het angstvallig rustig gebleven”, herinnert de 54-voudig international het abrupte einde van zijn indrukwekkende interlandcarrière. “Ik houd er niet zo van om oude koeien uit de sloot te halen, maar kan wel zeggen, dat dit niet prettig is geweest”, graaft hij in zijn geheugen.
De hernieuwde ontmoeting met Van Basten – vorige week vlak voor het duel in het Stade Velodrome (2-1) – was oppervlakkig. “We hebben elkaar even gedag gezegd”, zei Zenden, die als invaller het veld betrad. “We mogen onszelf verwijten dat we de score niet verder hebben opgevoerd dan 2-1. Gek genoeg speelden we vóór de rode kaart van Gregory van der Wiel beter dan tegen tien.”
Gewaarschuwd
De rasoptimist ziet in de gevaarlijke uitgangspositie ook een voordeel. “Vorig seizoen wonnen we in eigen huis met 3-1 van Zenit St. Petersburg, terwijl het 5-0 had moeten zijn. Achteraf kun je misschien wel zeggen dat we daardoor met té veel zelfvertrouwen naar Rusland zijn gereisd. We verloren met 2-0 en lagen uit de UEFA Cup. We zijn daardoor nu gewaarschuwd.”
Bron: De Telegraaf